Hoe beperkt u zettingsrisico’s in de projectomgeving?

Wordt er gebouwd, gesloopt of gerenoveerd in binnenstedelijk gebied, dan is er vaak een risico op zetting in de omgeving. Door genoemde werkzaamheden worden grondlagen anders dan voorheen belast, waardoor grond in de omgeving kan gaan verzakken of verschuiven. Kleine bewegingen van de bodem kunnen zonder schade plaatsvinden, echter wordt de beweging te groot, dan zullen zwakkere panden of constructies in de omgeving beschadigd raken. In deze blog buigen wij ons over de vraag hoe u kunt monitoren op zettingsrisico’s in de omgeving.

monitoring zettingsrisico's door bbci frijwijk
monitoring zettingsrisico's
  • Dienstverlening op maat
  • NIVRE geregistreerd
  • VCA & KOMO gecertificeerd

Alle zettingsrisico’s op een rij

Onder zettingsrisico valt alle hinder en schade die in de omgeving van een projectlocatie voorkomt. Bij zetting vindt er ongelijke inklinking van de grond plaats als gevolg van het zakken of verplaatsen van bodemlagen. Het gevolg hiervan is dat de daarop rustende bebouwing geen stabiele basis meer heeft en gaat bewegen. Wanneer de zetting groter is dan de bebouwing aankan zal er beschadiging optreden.

Zeker bij bouwprojecten waar gebruik gemaakt wordt van bronbemaling (onttrekken van grondwater) en bij de ophoging of juist ontgraving van grond loopt de naastgelegen bebouwing een verhoogd risico op zettingsschade. Zetting is een verzamelnaam: hieronder worden alle vormen van zetting benoemd.

  • Primaire versus restzetting: Een primaire zetting is de zetting die onmiddellijk plaatsvindt nadat de bodem gaat bewegen. Een restzetting volgt later. Zo komt het voor dat na de afronding van een bouwproject er jaarlijks nog een zetting van de bodem in de omgeving plaatsvindt van enkele centimeters.
  • Gelijkmatige (of absolute) versus ongelijke (of differentiële) zetting: Gelijkmatige zetting is over het algemeen minder problematisch. De bodem, en daarmee de daarop rustende bebouwing, zakt gelijkmatig waardoor er geen schade zal ontstaan. Is de zetting ongelijk, dan ontstaat er bij grotere bodembewegingen schade aan de constructie van het pand.
  • Toelaatbare versus ontoelaatbare zetting: Een toelaatbare zetting is een ongelijke zetting waarbij de omliggende bebouwing de grootte van het zettingsverschil zonder schade aan kan. Hierbij is de ‘stijfheid’ van de constructie belangrijk. Welk zettingsverschil kan een pand aan zonder beschadigd te raken? Bij een ontoelaatbare zetting zal er wel schade bestaan aan de constructie.
  • Blijvende versus tijdelijke zetting: Bij een blijvende zetting heeft de bodembeweging plaatsgevonden en is de grond inmiddels tot rust gekomen. De bodem kan bijvoorbeeld niet meer verder inklinken waardoor omliggende bebouwing niet (meer) beschadigd kan raken.

Hoe beperkt u zettingsrisico’s in de projectomgeving?

Aannemers in de bouw en infra hebben vaak te maken met zettingsrisico’s in de omgeving. Goed om te weten is welke mogelijkheden er zijn om deze risico’s te beperken. Het doel is altijd om een project beheerst en zonder zettingsschade uit te voeren.

  • Risico analyse: Voorafgaand aan een bouwkundige opname vindt een risico analyse van de omgeving plaats. Hierbij wordt de bebouwing inclusief funderingswijze en constructieve staat in kaart gebracht. Dit zorgt voor inzicht welke panden zettingsgevoelig zijn.
  • Bouwkundige opname: Wanneer een project plaatsvindt in een bebouwde omgeving is het altijd verstandig om vooraf het schadebeeld van de omgeving vast te leggen. Dit voorkomt discussie over schadeclaims achteraf en maakt een duidelijke scheiding tussen (de verantwoordelijkheid voor) reeds aanwezige schade en schade die voortkomt uit de bouwwerkzaamheden.
  • Monitoren op zettingsrisico’s: Bij sloop, renovatie of nieuwbouw in een bebouwde omgeving, is het van belang om te monitoren op omgevingsrisico’s zoals zetting. Immers, iedere omgeving is anders en kent haar specifieke risico’s, zelfs wanneer exact dezelfde werkzaamheden worden uitgevoerd kan de bodem anders reageren.
  • Uitvoeringmethodiek: In de praktijk gebeurt het geregeld dat na analyse van de omgevingsdata bewust risico’s worden genomen. Men weet dan dat de gevolgschade beperkt blijft en neemt bijkomende herstelkosten voor lief. Ook kan, na nader onderzoek, worden besloten dat de keuze voor een andere uitvoeringsmethodiek beter is en minder schade zal veroorzaken. Zo kun je ervoor kiezen om in plaats van het heien van funderingspalen een alternatieve methode te kiezen zoals aanbrengen van schroef- of boorpalen. Deze funderingsmethodieken zorgen voor lagere risico’s op zetting of trilling in de omgeving.

Vragen over het beperken van risico’s?

Deze blog heeft antwoorden gegeven op vragen over de risico’s van, en schade door, zetting in de omgeving van een bouwproject. Heeft u meer vragen bijvoorbeeld over deformatiemetingen, bouwkundige opnames of trillingsmetingen, neem dan contact op met bbci Frijwijk via 010-281 84 44. Wij helpen u graag.

Contact

Kan ik u helpen?

Hallo, ik ben Stefan, technisch adviseur bij bbci Frijwijk. Ik vertel graag meer over wat we voor uw project kunnen betekenen.

Plan een adviesgesprek

Nieuwsbrief

We delen maandelijks informatie over de laatste ontwikkelingen. Schrijf u in voor de nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Aanmelden

Plan een adviesgesprek